Pruimen, pruimen en nog eens pruimen

Pruimen, pruimen en nog eens pruimen

Wij hebben drie pruimenbomen in onze tuin. Drie verschillende soorten. Het is natuurlijk ieder jaar weer afwachten wat er aan hangt, maar vorig jaar hingen de bomen helemaal vol met pruimen. Wat doe je met een immens grote hoeveelheid pruimen, waar je als gezin niet tegen kunt eten?

In het voorjaar was het een prachtig gezicht. De pruimenbomen waren de allereerste bomen die al vroeg in het jaar begonnen te bloeien als gevolg van geweldig zonnig en warm weer in januari. Een immens grote hoeveelheid prachtige witte bloemen kleurden de bomen zo wit als sneeuw. Vooral de boom het dichtst bij ons huis was overvloedig gevuld met bloemen. Een aantal weken vlogen de bijen af en aan en toen de bloemetjes langzaam uitbloeiden kwam er steeds meer blad tevoorschijn en zagen we dat de uitgebloeide bloemetjes langzaam veranderden in kleine groene bolletjes. Het eerste jaar keken we onze ogen uit. We konden niet genoeg krijgen van iedere dag weer langs alle fruitbomen lopen om te kijken hoe de vrucht zich langzaam, maar eigenlijk toch ook best snel ontwikkelde! 

Al snel zagen we dat de boom dicht bij huis het zwaar had met het gewicht. We twijfelden of we misschien toch wat moesten verwijderen, maar hoe zonde! Zoveel fruit! Wauw! Met balken probeerden we de takken te ondersteunen, maar toen het erg winderig en regenachtig werd zijn er toch een aantal grote takken die bezweken onder het gewicht van de vele pruimen die ze moesten dragen. Een goede leerschool voor later: uitdunnen als er te veel vruchten groeien! Helemaal toen we later ontdekten dat we als gezin écht niet tegen de hoeveelheid pruimen konden eten. 

Omdat het zoveel er zoveel pruimen waren besloten we pruimenjam te gaan maken. Weer zo’n gevalletje: ik heb het nog nooit gedaan dus ik denk dat ik het wel kan. Hele ochtenden zaten we aan tafel pruimen te ontpitten om vervolgens in een grote pan jam te maken, potjes te steriliseren etc. Na 75 potjes jam en niet zo’n best humeur meer zijn we gestopt. Het was te veel. We hebben nog een poging gedaan om ook wat pruimen op siroop in te maken, maar eigenlijk konden we geen pruim meer zien. We hebben rijkelijk uitgedeeld en nóg zijn veel pruimen weer teruggegeven aan de natuur omdat we de hoeveelheid niet aankonden. Maar: we smullen nog steeds (of nou ja, ik geloof dat ik de enige ben die pruimenjam écht lekker vind) van de grote hoeveelheid jam, hebben geleerd dat de fruitbomen af en toe uitgedund moeten worden en kopen voor de volgende keer een ontpitter om het klusje gezelliger te houden! 

Heb jij een ongelofelijk lekker recept waar veel pruimen in gaan? Deel hem vooral!

Van huis naar thuis (2): een keuken bouwen

Van huis naar thuis (2): een keuken bouwen

Wij leven hier op onze mini ‘boer’derij een beetje met het motto: Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan. Zo heel veel weten we nog niet en heel veel dingen die we hier tegenkomen of graag willen hebben we nog nooit eerder gedaan. Zo ook het bouwen van een keuken. From scratch. Op een plaats waar nog nooit eerder een keuken gestaan heeft. Zou het lukken?

Dat kleine kamertje waar de keuken oorspronkelijk stond was een benauwend hok. Zelfs in de winter werd het gigantisch warm en vochtig als ik aan het koken was. De keuken is een plaats waar ik graag ben, maar hier niet. Ik vind het heerlijk om te koken en wil, als ik in de keuken bezig ben graag zicht hebben op onze kinderen en hun schoolwerk, hun spel of gewoon contact kunnen houden met aan tafel zittend bezoek. Een open keuken moest het dus worden op een plaats waar ik blij van word (met uitzicht op onze tuin ipv de straat en sinds we het kippenhok verplaatst hebben, uitzicht op scharrelend kippies!). Een knusse woonkeuken, waarbij de eettafel het centrale deel van ons huis is en waarbij we op den duur de muur naar de oude keuken eruit halen zodat er ruimte is voor een grote eettafel. Maar dat waren plannen van de toekomst. Eerst maakten we vorige zomer de keuken. 

We hebben wat klussen betreft een geweldige taakverdeling. Ik bedenk, hij voert het uit en ik assisteer. Als het klaar is ruim ik op en decoreer de boel, terwijl hij zijn gereedschap weer op de juiste plek legt (of niet). Ik begon dus met tekeningen maken, zoeken op Pinterest naar stijltjes die we leuk vonden en kwam uiteindelijk met het ontwerp waar we beide blij van werden om vervolgens de liefste de grote uitdaging te geven dit te gaan maken en de rol van behulpzame assistente in te nemen. Mijn man, zoon van een timmerman (en wat voor een!), twijfelde geen moment en was vastberaden om de handigheid die hij van zijn vader geërfd heeft tot uiting te laten komen. Na goed nadenken, in zichzelf praten, mopperen, goed gereedschap kopen (want goed gereedschap…) en hout halen ging hij aan de slag. Vanuit de werkplaats klonk het zagen van de zaagmachine, het boren en het schuren en na een tijdje kwam hij boven (voor het idee: de werkplaats is onder ons huis) met een waar keukenbouwpakket. 

Het in elkaar zetten kon beginnen. Een goede voorbereiding is het halve werk, want al snel werd zichtbaar hoe het keukenblok eruit kwam te zien en het eindresultaat was een stevig keukenblok (de vorige, tijdelijke keuken, was alles behalve stevig en met deeg kneden ging het hele aanrecht heen en weer) met opbergruimte voor borden, bekers, pannen etc.! Blijer kun je mij niet maken! Maar dit was nog maar het begin, want er was een stuk vloer verrot dat vervangen moest worden (waaronder we weer de nodige oude muizen/rattennesten vandaan haalden), er moesten waterleidingen komen, een nieuwe afvoer, alles moest passend gemaakt worden op het keukenblok en al het hout moest uiteraard voorzien worden van een aantal laklagen. Toen alles uiteindelijk geïnstalleerd was, kon het inrichten van de nieuwe keuken beginnen. Het heerlijk poezelige, knusse gordijntje dat ik gemaakt had kon voor de plankjes langs en oh wat werd ik blij van het resultaat. We hebben eindelijk een échte keuken!

Van huis naar thuis (1)

Van huis naar thuis (1)

We wonen nu zo’n anderhalf jaar in ons huis en er is al heel wat veranderd, al gaat het onszelf uiteraard niet altijd snel genoeg. In de tuin hebben we flink gewerkt, maar ook in ons huis. Ik had er het eerste half jaar best moeite mee (eigenlijk stiekem nog wel) dat we terecht gekomen waren in ‘de rotzooi van een ander’. Hoewel we mega blij waren met dat er meubels stonden en we niet direct alles hoefden te kopen, zijn het spullen die nu weliswaar van onszelf zijn, maar niet door onszelf uitgezocht. Laten we zeggen dat het huis niet per se naar onze smaak was ingericht. Hoe moesten we ons daar zo snel mogelijk thuis kunnen gaan voelen met de weinige middelen die we op dat moment hadden? 

Bijna een jaar leven op de overwaarde van je huis én daarbij een nieuw huis kopen zonder in de eerste instantie een baan te hebben eist zijn tol en toen we de sleutel kregen waren we dan misschien wel in het bezit van een dijk van een tuin, een huis met veel potentie én zicht op een stabiel inkomen, maar op dat moment was de spaarrekening toch echt wel leeg. We konden dus niet veel meer dan gewoon het beste maken van de dingen die er waren. 

De keuken hebben we, zoals ik al eerder vertelde, eruit gesloopt ivm de zicht- en ruikbare muizen/rattengeschiedenis. nestjes, skeletten, keutels en urine zorgden ervoor dat de keuken niet meer bruikbaar was. Daar moest dus op korte termijn wat anders voor komen. De keukenopstelling zoals we hem voor de tent hadden paste met een aantal kleine aanpassingen precies op de plaats van de oude keuken, wat ervoor zorgde dat we de eerste maanden konden koken. Later kregen we een gebruikt gasfornuis (met oven!) cadeau en dat zorgde voor een fijne keukenupgrade, waar we voor langere tijd prima mee konden leven! Ik kon weer broden bakken en had extra aanrecht ruimte! Ik kon mijn weckpotten en kruidenpotjes ergens kwijt en dat voelde alweer een stuk meer als thuis. Maar goed, feit bleef dat campingkastjes dienst deden als keukenkastjes en we nog deels uit bakken leefden. Echter, het was goed leefbaar en ik was blij.

Met de woonkamer was, op dat het totaal niet ‘ons’ was na, niet zo heel veel mis. Het portret van een huilend meisje moest van de muur evenals alle Maria beeldjes en andere tierelantijntjes. De lamp waar je je hoofd flink aan kon stoten moest eruit, de tafel kon uitgeschoven worden zodat hij groter werd en toen werd het met een beetje schuiven en een kleedje op de bank toch wel al wat. Later hebben we het vloerzeil eruit gesloopt. Die zat op sommige plaatsen met punaises in de houten vloer, was op meerdere punten uitgescheurd, niet netjes gelegd en niet meer schoon te krijgen. Dat gaf me toch een verbetering! Er kwam een houten vloer onder vandaan die eigenlijk best nog mooi was, dus ook daardoor werd het toch weer een stukje knusser in huis.

Het is een meerjarenproject en daar worden we iedere keer weer mee geconfronteerd. Klussen kost tijd en met vier dagen werk/school, één rustdag, sociale contacten en een grote tuin blijft er niet altijd genoeg tijd over om klussen op te pakken. Daarnaast is het leven hier weliswaar goedkoper dan in Nederland, maar ook hier wordt alles duurder en moeten we voor de grote klussen gewoon even wachten tot de financiële middelen er zijn. Net het echte leven. Maar.. in de loop van de maanden hebben we zelf een eigen keuken gebouwd, op een andere plaats en zijn er de afgelopen weken een aantal grote dingen gebeurd in ons huis. Wordt vervolgd! 

Een zorgvuldig met bramen verpakt paradijs

Een zorgvuldig met bramen verpakt paradijs

We wisten dat er een beekje loopt achter onze tuin langs. Een riviertje, die zelfs op de kaart aangegeven staat. We hadden echter niet gezien hoe hij er op ons terrein uit zag, we konden er namelijk niet komen! Onze makelaar kon ons vertellen dat het een beekje is die seizoensgebonden is en in de zomer droog staat. We zijn er met haar via de tuin van de buren naartoe gelopen om te zien dat het om een ondiep, smal (zou het breder dan een meter zijn?), schattig beekje ging. Hoe leuk zou het zijn als we er via onze eigen tuin ook bij zouden kunnen komen?!

Toen we de sleutel nog niet eens hadden mochten we alvast aan de slag in de tuin. De vorige eigenaren hadden aangegeven het nog een keer te willen gaan maaien voor ons. Dit wilden we echter graag zelf doen, zodat we konden behouden wat we wilden behouden (er groeiden bijvoorbeeld veel aardbeienplantjes, midden in het gras! Hoe leuk om die aardbeien, die weet ik niet hoe lang daar al groeien nieuw leven te geven in de moestuin!). Dat vonden de vorige eigenaren uiteraard niet erg, want het was nogal een klus. Het gras, de varens en de braamstruiken waren al een tijdje niet gemaaid, dus het stond hoog, okselhoog en soms zelfs nog hoger. Tijd om de tuin met de bosmaaier flink onder handen te nemen! 

Ons huis staat op een heuvel en de tuin loopt af naar beneden tot aan het laagste punt, waar het beekje stroomt. Om het minder steil naar beneden te laten lopen heeft men de tuin in iets vlakkere terrassen ingedeeld, kwamen we achter toen we het gingen maaien. De onderste twee terrassen waren een mysterie voor ons, ook na het maaien van de rest van de tuin. Het was één grote muur van lange dunne stammen van (waarschijnlijk pruimen-)boompjes die op korte afstand van elkaar stonden. Maar.. bij het maaien van een klein stuk heel dicht langs die bomenmuur ontdekten we iets. Een trap, die toegang gaf tot het terras daaronder!

Uiteraard moest dat verder onderzocht worden, dus we hebben de trap vrij gemaakt om er vervolgens een kijkje te nemen. We waanden ons in de jungle! Tussen de doorntakken en boompjes (met venijnige stekels op de stam) door liepen we een meter of 10-15 richting de plaats waar de rivier zou moeten zijn. We hoorden hem stromen, dus we kwamen steeds dichterbij. Tot we aan het einde van het terras kwamen en de grond ineens weer 1,5 meter lager verder ging. Nóg een terras! Dit terras was op dat moment volledig onbegaanbaar. Hier stonden geen lange dunne boompjes, maar er bevond zich een groot web aan doorntakken die ons tegen hielden. Maar, daar was de rivier! Nog een aantal meter verder zagen we het water stromen! We bekeken de boel even goed en zonder goed in te kunnen schatten hoe groot dit net ontdekte extra stuk tuin was, konden we ons toch een goede voorstelling maken van wat voor paradijsje dit zou kunnen worden. Op een plek waar niémand komt en niémand je ziet, langs een kabbelend beekje! 

Uiteraard hebben we hier veel meer te doen dan een heel bos omkappen en een grote wirwar aan bramenstruiken van 3 meter hoog over een terras die waarschijnlijk een 7 bij 30 meter is te lijf gaan. Dit moest iets gaan worden wat we af en toe, als we tijd hadden aan zouden gaan pakken. Vorig jaar, in januari hebben we een deel van de dunne boomstammetjes kunnen gebruiken voor het maken van moestuinbakken en hebben we het onderste terras voor een vrij groot deel braamvrij gemaaid, maar nu een jaar later (zonder er verder nog weer naar om te kijken) stonden er al weer nieuwe sprieten van 1,5 meter hoog en groeiden de bramenstruiken alweer een mooi stuk terug. Daarnaast konden we nog niet lekker op het onderste terras komen door dode druivenstruiken, betonpalen en ijzerdraden die in de weg zaten. En nu alles weer flink gegroeid was, was er lopen ook niet prettig. Dus het was afgelopen maand tijd om toch weer een flinke slag te slaan. Met hulp van lieve vrienden (die op ons huis pasten toen we naar Nederland gingen) hebben we weer een heel stuk bos weg kunnen kappen. Zij hadden daarvoor al een trapje gemaakt richting het onderste terras en een deel van de stammetjes die er nog stonden van het kappen van vorig jaar weggehakt waardoor een pad ontstaan was waar je niet hoefde te struikelen over stammetjes. Vanuit de tuin is nu een derde ongeveer geen muur van bomen meer en is er zicht op het onderste terras, waar het beekje aan grenst! We krijgen er een gigantisch stuk tuin bij! Uiteraard is er nog genoeg werk aan de winkel, want nog steeds hangen er doorntakken van 2 cm doorsnede en staan er een heleboel boompjes. Het uithalen van de stammetjes zal ook nog een hele klus worden. Maar het begin is er van iets wat werkelijk een paradijsje kan worden! 

Ze zitten er weer kip lekker bij

Ze zitten er weer kip lekker bij

De kippen hebben al meerdere verblijven gehad in het afgelopen anderhalf jaar. Toen we een aantal kippen kregen van vrienden moesten we zo snel mogelijk het oude, oorspronkelijke kippenhok zoals de vorige bewoners hem hadden gefabriceerd herstellen, zodat we een redelijk veilig verblijf voor ze hadden. Dat is wel het leuke aan ons huis: alles staat er al. Al is de staat niet van alles even best en is het soms gemakkelijker om iets compleet nieuws te maken dan weer iets te maken van dat wat er al stond, toch heeft het wel iets om dat laatste te doen en de homestead die hier ooit was weer een soort van in ere te herstellen. Het lijkt me zo leuk om eens terug in de tijd te kunnen en te zien hoe het er allemaal uitzag en gebruikt werd toen alles nog helemaal onderhouden en volop in gebruik was! Zag het eruit hoe we denken dat het eruit gezien heeft of was het heel anders? In ieder geval: In een middagje tijd hadden we een kippenhok klaar, gemaakt van alles wat al aanwezig was en konden de kippen komen zonder dat we daar materialen voor aan hoefden te schaffen (buiten de voer- en drinkbak uiteraard). 

Op links: het ommuurde buitenverblijf met daarin het kippenhok. Rechtsboven: het kippenhok in de schuur. Rechtsonder: het net over het ommuurde buitenverblijf

Ideaal was het niet en het verdiende de schoonheidsprijs ook niet, dus we wisten toen al dat het een tijdelijke oplossing was. Gaandeweg ontdekten we dat er een aantal upgrades nodig waren. Zo hebben we na bezoek van een vos een net gespannen over het ommuurde buitenverblijfje van de kippen heen, zodat ze daar in ieder geval veilig waren als we niet thuis waren. We hebben het verblijf uitgebreid met pluimveenet voor meer scharrelruimte als we thuis waren. Die ruimte werd gaandeweg steeds groter door daarbij zelf nog hekwerk te maken met stukken net en uiteindelijk hebben we het kleine hokje midden in het ommuurde binnenverblijfje gesloopt en een opening gemaakt naar de schuur ernaast als laatste upgrade. Inclusief een veilige plaats voor broedende kippen. Leek fantastisch, met mooi weer. Toen het meer begon te regenen (en dat heeft het gedaan vorig voorjaar) ontdekten we echter helaas dat het dak erger lek was dan we dachten en dit zorgde voor moeilijkheden met het goed schoonmaken van het hok. De kippen hadden inmiddels ook ontdekt dat het gras aan de andere kant van het pluimveenet veel groener was en waar wij dat niet erg vinden en los lopende kippen eigenlijk wel erg knus vinden, had het in verband met de vos en andere roofdieren toch niet helemaal onze voorkeur.

Met het volgende seizoen van hopelijk veel kuikentjes in het vooruitzicht en de vele kuikens die vorig jaar helaas gestorven zijn door een parasiet die erg goed gedijt in vochtige omgevingen, was het tijd om het eens goed aan te pakken zoals wij Nederlanders graag doen. Met een jaar kippenervaring op deze plek en de nodige perikelen waar we tegen aangelopen waren wisten we inmiddels wat we wél en wat we juist niet wilden: We wilden een degelijk, waterdicht, goed schoon te maken kippenhok, aangesloten aan een kippenweide met degelijk hek. Eén kippenplek met plaats voor scharrelende, eten en drinkende, slapende, eieren leggende, broedende en opgroeiende kippen. En daarbij wilde ik heel graag vanuit het keukenraam uitzicht hebben op onze scharrelende kippies voor het ultieme homestead gevoel. Dus, werk aan de winkel!

Links: voor, foto’s van tijdens de bezichtiging, 2 jaar geleden. Rechts: na anderhalf jaar bijhouden en nu flink klussen. Het lijkt nu wel érg kaal ivm ander seizoen, maar we hopen uiteraard dat de druivenstruiken die er nog staan (en er wellicht nog bij gaan komen) gaan zorgen voor meer groen!

Op de plek waar we de kippen graag wilden laten scharrelen staat een prachtige schuur, zonder deur, maar die waterdicht is en perfect kan gaan dienen als kippenhok. Met wat nadenken, tekenen was het ontwerp van het hok klaar en konden we aan de uitvoering van onze plannen beginnen. Het begon met het nodige sloopwerk. Er stonden veel betonpalen. Die zie je hier veel, in Portugal. Maar er stonden ook lage muurtjes, een soort van borders, die niet mooi meer waren. We hebben alles eruit gehaald. Inclusief een perzikboom en prachtige grote druivenstruik die toch echt helaas in de weg stonden. Gelukkig hebben we vrij veel fruitbomen, maar een vruchtdragende boom/plant weg halen deed toch wel even zeer. Helemaal zo’n mooie druivenstruik die als een soort dak boven het pad langs groeide. Maar helaas was de constructie waarop hij groeide zodanig verrot dat het niet veilig was om het zo te houden en zat hij echt in de weg voor de plannen die we hebben. Na een aantal weken van slopen, hekken plaatsen, een deur plaatsen in het kippenhok en de binnenkant van het hok naar wens maken, zijn we enorm blij met het resultaat! Het kippenhok van binnen heeft een viertal broedhokken, waar hennen in alle rust kunnen broeden en de eerste tijd met hun kuikens door kunnen brengen voordat het deurtje open gaat en ze in alle rust op ontdekkingstocht kunnen bij de rest van de kippen. Er zijn uiteraard legnesten en de kippen slapen op de stokken die boven de broedhokken hangen. Zo is het deel van het hok dat het smerigst wordt op fijne werkhoogte schoon te maken! Drie van de vier broedhokken zijn op dit moment in gebruik en dat werkt dus ook erg goed. Hier kunnen we wel de nodige jaren mee vooruit!

Lente, een nieuwe start

Lente, een nieuwe start

De lente is begonnen. Ik wilde schrijven dat de schepping langzaam weer ontwaakt, maar die vlieger gaat hier maar deels op, aangezien dat in de herfst al gebeurt als de eerste regen valt na een lange tijd van droogte. Het gras wordt dan weer groen, er groeien bloemen en dat maakt dat de herfst hier ook een beetje als lente aanvoelt, al genieten we in de herfst enorm van de temperaturen die juist weer wat lager worden in plaats van hoger. Een deel van de groei gaat in de winter gewoon door, omdat het hier niet zo koud wordt als in Nederland. De sinaasappel- en mandarijnbomen geven juist nu al een aantal maanden rijkelijk hun rijpe vruchten en ook de kiwi boom geeft, hoewel het blad afgevallen is in de winter, op dit moment veel kiwi’s. En toch, voor veel bomen, planten en dieren geldt wel dat het langzaam te zien is dat de winter op zijn eind is en het nieuwe groeiseizoen begint. De fruitbomen laten langzaam maar zeker steeds meer bloesem zien en de bomen krijgen hun eerste blaadjes. Druivenstruiken, die in de winter n het snoeien niets anders dan dode stammen zijn laten zien dat ze zeker nog wel leven in zich hebben en het gras groeit bijna niet bij te houden snel. De eerste kippen moederen al over hun eigen kuikentjes, de rupsen die de kinderen in hun terrarium hielden zijn als vlinders uit hun coconnetjes gekomen en we beginnen te merken dat de kachel steeds vaker niet meer de hele dag aanhoeft. Wij houden van de lente en hoewel we door alle hectiek van afgelopen maanden niet heel goed voorbereid zijn, kijken we enorm uit naar het nieuwe moestuin seizoen!

Afgelopen half jaar (of jaar zelfs) is er genoeg gebeurd om iets over te kunnen vertellen. De moestuin, het verwerken van oogst, het bouwen van onze keuken, een gloednieuw kippenhok, ontginnen van stukken overwoekerde tuin, de prachtige stukjes natuur die we ontdekt hebben of gewoon ons dagelijkse leven in een plattelandsdorp in Portugal of juist de dingen waar we tegenaan lopen. Door persoonlijke omstandigheden en mijn perfectionisme als het om schrijven gaat is het er echter niet van gekomen. Toen we vorige maand even in Nederland waren kregen we meerdere malen de opmerking dat er zoveel mensen zijn die vol verwachting wachten op een teken van leven van onze kant. Super leuk om te horen dat er zoveel mensen (waarvan we het niet verwachtten!) meelezen en meeleven en ik ga mijn best doen om weer meer te schrijven over de vele dingen die we hier mogen beleven en doen! Laat het komen van de lente daarin een mooie nieuwe start zijn. 

Wat er allemaal voor het komende jaar op de planning staat? Niets staat vast, aangezien er met een oud huis, jonge kinderen en de nodige dieren regelmatig iets tussenkomt. Maar uiteraard gaan we lekker in de moestuin aan de slag, willen we verder met het ontginnen van een stuk tuin én zouden we graag de woonkamer/keuken verder aan willen pakken. Verder heeft het Portugees leren wat meer prioriteit zodat gesprekjes in het dorp wat gemakkelijker worden. Meer dan genoeg te doen en een en ander over te vertellen dus! 

Uiteraard zijn reacties zeer welkom! Wij vinden het erg leuk om te lezen en weten wie er allemaal mee lezen/leven/bidden en dat motiveert enorm om te blijven schrijven!

Het eerste seizoen

Het eerste seizoen

Na een heel natte, koele lente en een lekker warme Portugese zomer met vrij constante temperaturen tussen de 30 en 35 graden (en een aantal uitschieters richting of net boven de 40) zien we nu de zomer langzaam voorbij trekken. De dagen worden korter, de nachten koeler en zelfs overdag lijken de temperaturen de 30 graden niet echt meer te raken. De lucht begint te veranderen en de eerste bomen laten hun bladeren los. Het gaat waarschijnlijk niet zo heel lang meer duren voor we de (voor de schepping zeer welkome) eerste regen weer mogen ontvangen die het begin zal gaan betekenen van een compleet ander weerbeeld dan de afgelopen maanden. De herfst hangt in de lucht!

Hoewel we liefst zo snel mogelijk alles helemaal willen maken zoals we denken dat het goed is en daarnaast al het fruit dat hier groeit graag direct zo veel mogelijk verwerken hebben we gemerkt dat de lat te hoog leggen in het eerste jaar alleen maar voor stress zorgt. Het is al interessant en uitdagend genoeg om een nieuw leven op te bouwen in een nieuw land, nieuw huis, een tuin zo groot dat we er in Nederland alleen maar van konden dromen en daarbij te observeren hoe die tuin, maar ook het niet geïsoleerde, oude huis reageert op alle weersinvloeden hier in Portugal. Nu we de herfst vrij vlot weer in zullen gaan hebben we al die weersinvloeden wel zo ongeveer gehad. Regen, onweer, wolkbreuken, hagel, droogte, bewolkte dagen, zon, nog meer zon, hitte, koude en zelfs recent een aardbeving. We weten nu wat goed gaat en hebben vooral ook proefondervindelijk uitgevonden waar verbetering gewenst of zelfs vereist is. 

Overigens is het niet alleen bij observeren gebleven. We hebben ook al het nodige gedaan. Zo hebben we schuren leeggemaakt en al een klein beetje ingericht voor de nieuwe doeleinden die ze zullen gaan hebben, een moestuintje aangelegd, overbegroeide stukken grond vrij gemaakt, een kippenhok en grote ren gemaakt plus alle benodigdheden voor broeden en kuikens, we hebben het ‘garagedak’ gerepareerd, opbergruimte gecreëerd in huis, een wasmachine geïnstalleerd, vloerzeil uit het huis gesloopt, een aantal bomen gesnoeid, al een paar zonnepanelen gelegd op het dak en zo zijn er nog meer kleinere dingen. Camping de Boer was al een aantal keer geopend voor hulptroepen en veel gezelligheid en er zijn veel kuikens geboren op ons land, maar helaas ook een groot deel daarvan weer doodgegaan. De kinderen leren veel van hun schoolwerk, maar vooral, net als wij zelf, ook van het leven hier waar leven & dood, weer & geen weer, zaaien & oogsten en slopen & opbouwen aan de orde van de dag zijn en waarbij hun hulp in de vorm van kleine klusjes en helpen bouwen zeer gewenst is!

Het lijstje van klussen die ons nog te wachten staan is lang, maar gelukkig hebben we alle tijd en ten opzichte van de lekke tent en geen plek voor ons zelf genieten we enorm van de verbetering die een waterdicht, redelijk winddicht huis en eigen tuin al is! De plannen voor verbeteringen liggen er en stapje voor stapje gaan we voor groeien naar een fijne homestead, die ons van voedsel voorziet, waar iedereen zich veilig, geliefd en welkom voelt en vooral: waar God in al die dingen centraal staat. We vervelen ons in ieder geval geen moment!

Emigreren: een grote achtbaan

Emigreren: een grote achtbaan

We weten het nog zo goed. Het moment dat we de sleutel van ons huis afgaven, dat we in de caravan van onze buurman mochten verblijven, dat we de aanhanger steeds voller propten met al onze spullen en.. het moment dat we afscheid namen van onze dierbaren. Het moment dat we ‘s morgens heel vroeg in de auto stapten. De twee hysterisch lange reisdagen, die wonderlijk goed verliepen en de avond dat we aankwamen op een donker terrein en verwelkomd werden met een heleboel zaklampen. Het is alweer een jaar geleden! 

En dan ga je na tien maanden kamperen in een huis wonen, volle bak bezig om er iets moois van te maken en begint het grote genieten. Toch? Dat is eigenlijk hoe ik het me een beetje voorgesteld had. De luxe die we nu hebben is natuurlijk alles behalve het luxe leven dat we in Nederland hadden. Naar zoveel luxe willen we ook niet meer terug. Daarnaast was de stap vanuit een tent naar dit huis een enorme wat luxe betreft. En toch. Toch merkte ik al snel dat ik me begon te irriteren. Aan het feit dat ik op een doodgewone avond, na het avondeten en vlak voor bedtijd van de kinderen, ineens een rat op het aanrecht zag zitten, omdat er gaten in de vloer zaten die nog niet dichtgemaakt waren. Aan dat de houtkachel ons dan misschien wel veel warmte geeft, maar soms ook kuren heeft en zorgt voor rook en stank in huis. Aan de vloer die weliswaar schoner te krijgen is dan onze tentvloer, maar ook weer niet zo schoon als ik graag zou willen en daarnaast eigenlijk gewoon (lelijk en) op is. Aan het huis, die ons beschermt tegen de wind en regen, maar aan de buitenkant nodig een schoonmaak/verfbeurt nodig heeft. Aan het gebrek aan kastruimte, waardoor sommige (best veel) spullen toch nog in bakken zitten. Aan deuropeningen die niet gemaakt zijn voor mensen groter dan 1,65 m. En dan irriteer ik me er weer aan dat ik me daar aan irriteer, want.. Wat een verschil al met de tent en alles op zijn tijd, het hoeft niet direct perfect. 

Het is een spiegel naar mijzelf toe. Naar hoe gemakkelijk het is om de bril die velen van ons hebben op het moment dat het leven eigenlijk een beetje vanzelf gaat, weer op te zetten en door te gaan met waar we ergens vorig jaar geëindigd zijn. Het is gemakkelijk om weer meer bezig te zijn met het verlangen naar meer en beter en grootser, terwijl het eigenlijk zo mooi is om stil te staan bij wat je wel hebt. Te genieten van het prachtige uitzicht, iedere dag weer, als ik de deur uitstap om de honden uit te laten (omdat ze zonder omheining nog niet lekker los kunnen ravotten in de tuin). Door de tuin te lopen en dankbaar te zijn voor alle ruimte, fruitbomen en sinaasappels waar we niet tegenop kunnen eten (terwijl het nog lang niet is zoals we uiteindelijk willen dat het wordt) en vooral dankbaar te zijn met waar God ons dit jaar gebracht heeft (door alle pijnlijke en ingewikkelde lessen waar we soms nog middenin zitten heen). Het hoeft niet allemaal perfect.

Het is een achtbaan geweest afgelopen anderhalf jaar. Een achtbaan van emoties en een achtbaan van gebeurtenissen die elkaar opvolgden. De keuze om te gaan, achter mijn man aan die als eerste ervoer dat we moesten gaan. Mijn gevoelens en emoties schreeuwden dat ik niet wilde, terwijl ik in mijn hart heel goed wist dat we dit moesten doen. Dat het goed was voor ons gezin, ons huwelijk, onze kinderen. Voor mijzelf zelfs. En eigenlijk had ik die droom toch ook? Een groter stuk land, meer zelfvoorzienend leven, moestuin uitbreiden, meer dieren. Ik stond er echt achter. Maar ik moest er zoveel voor loslaten. De ieniemienie homestead in onze rijtjeswoning met postzegeltuin die ik zo zorgvuldig opgebouwd had en waar ik veel liefde in gestoken had, ons kleine boerderijtje met hooibalen onder de overkapping en zelfs groenten in de kleine voortuin. Ons thuis. De plek waar iedereen zich veilig voelde. We moesten onze zekerheid inleveren. Onze zekerheid van een dak boven ons hoofd en een stabiel inkomen en de zekerheid van de liefste mensen om ons heen. Mijn lieve vriendinnen, die me dicht bij God hielden en waar ik alles mee kan delen. Het contact zou ongetwijfeld anders worden. De buurvrouw, waar ik uren mee kon praten op de hoek van de straat. Onze lieve familie; ouders, broers, zussen, neefjes, nichtjes, we zouden ze nog maar heel af en toe zien. Ze kunnen er niet meer voor mij zijn zoals voorheen, maar bovenal kan ik er ook niet meer zo gemakkelijk voor hen zijn en dat doet pijn. Er werden afgelopen jaar al baby’s geboren en we konden geen kraamkost langsbrengen. Op het moment dat het met de gezondheid van ouders even niet lekker ging had ik ze zo graag even bezocht en ik had een aantal vriendinnen heel graag meer bijgestaan in hun nood dan alleen maar telefonisch en in gebed.

We gingen een jaar geleden wonen op een stuk land dat niet van ons was, in een tent en met een aanhanger vol spullen en dat was dan ook zo ongeveer alles wat we nog hadden. De was moest met de hand gedaan worden en douchen hebben we ruim een half jaar niet gedaan. In plaats daarvan wasten we onszelf met teiltjes warm sop en washandjes. Of we namen zeep mee naar de rivier wanneer we gingen zwemmen. We zaten op campingstoelen en sliepen op matjes tot mijn rug het begaf. Toen gingen we op luchtbedden slapen. We moesten dag en nacht een eind lopen om naar de wc te kunnen. Ook als het keihard regende of als je neus er bijna van af vroor. We kenden er maar weinig mensen en hoe lief iedereen ook is, echte vriendschappen bouw je op in jaren en familie is niet vervangbaar. Het heeft tijd nodig.

Nu, veilig achter een voordeur en naast een warm gestookte houtkachel, met een wc heel dicht in de buurt, denk ik: HOE. HEBBEN. WE. DIT. VOLGEHOUDEN? Maar de werkelijkheid heeft ons geleerd dat je het doet met wat je hebt en dat het dan prima te doen is. Tot je weer meer luxe krijgt. Het is een mindset kwestie. Niet nadenken, maar gewoon doen en tevreden zijn met wat je hebt en daar dan ook echt oprecht blij mee en dankbaar voor zijn. Maar.. Het heeft achteraf voor mij wel de nodige verwerking nodig en dat is dan ook waar ik nu, zonder angst voor een lekkend tentdoek en de vraag hoe ik de was in vredesnaam schoon en droog krijg, tijd voor probeer te nemen. Tussen alle bedrijvigheid door natuurlijk, want ondertussen zijn er, zo met een eigen land om voor te zorgen en een grotere ruimte om in te wonen, heel wat taken bij gekomen. De achtbaan van emoties en gevoelens gaat nog even door dus, maar met een enorm dankbaar hart. Want: het wás goed om te vertrekken uit Nederland. Het was goed om zoveel los te laten en daarmee ook een stukje van mezelf. Het was goed om even bijna helemaal niks te hebben en het was goed om een tijdje totaal geen zekerheid te hebben, behalve de zekerheid dat God er is. Het was goed om uit de cultuur van meer en meer en meer te stappen en het is nu de kunst om daar ook uit te blijven, terwijl we ondertussen stiekem toch weer een beetje luxe erbij ontvangen en nemen. Het hoeft niet allemaal perfect. Het is goed. Ondanks het gemis van vrienden en familie, die we gelukkig met videobellen, berichtjes en foto’s sturen regelmatig spreken en zien en vanaf een plek op de tribune toch een beetje mee kunnen blijven kijken in de mooie levens van onze dierbaren in Nederland. Het is goed. Want Gods plan is goed. We leven onze droom en voelen Gods zegen die erdoorheen stroomt. Hij geeft ons alles wat we nodig hebben en maakt dat we niks tekort komen! God voorziet in alles.

Het was een jaar dat omgevlogen is, eentje die erin gehakt is en die ons leven totaal op zijn kop heeft gezet. Eentje die nog aan het naschudden is in mijn hoofd en dat zal nog wel even tijd nodig hebben, misschien zelfs altijd wel een beetje blijven natrillen. Maar het was ook een jaar van dichter naar elkaar toe groeien, als gezin goede stappen te maken. Ik kreeg door verschillende ervaringen veel antwoorden en daarbij ook nog weer veel meer vragen als het gaat om een leven in afhankelijkheid en nabijheid van de Heer. Veel aardse rijkdom hebben we mogen inruilen voor Hemelse rijkdom: een leven op Gods smalle weg en in Zijn nabijheid, al zal dat een leven lang oefenen blijven.

Emigreren, maar vooral een leven in afhankelijkheid met God is een achtbaan: je stapt erin vol enthousiasme (en angst). Je karretje gaat steeds hoger en hoger en op het hoogtepunt durf je eigenlijk niet meer. Je wil niet meer, want je weet dat het pijn kan gaan doen en dat je er misselijk van kunt worden, maar je kunt niet meer terug. Je wordt volledig door elkaar geschud en probeert met man en macht je hoofd niet ergens aan te stoten terwijl je naar beneden sjeest. Je gilt. Van angst en als overlevingsmechanisme, maar ook omdat het geweldig is. Je vliegt van boven naar beneden, over de kop en weer terug overeind. Als je het eindpunt bereikt weet je dat je er niet hetzelfde meer uit zal stappen; misselijk, haren in de war, bonzende hoofdpijn want toch je hoofd gestoten, maar de blijdschap overheerst. Want het was een grote ervaring en je hebt het overleefd! En je weet het zeker, ondanks dat je nu weet hoe het voelde, de angst, de misselijkheid, het schudden en de gigantische snelheid die je overmant.. Als je weer een achtbaan tegenkomt, die je naam roept, dan twijfel je geen moment en ga je weer!

Olijfolie van ‘de Boer’ 

Olijfolie van ‘de Boer’ 

De oogst van druiven hadden we net gemist toen we de sleutel van ons huis kregen. Er hingen weliswaar nog aardig wat druiven om lekker op te smikkelen, genoeg oogsten om druivensap e.d. van te maken zat er niet meer in. Toch zat de volgende oogst wel al op ons te wachten, namelijk die van de olijven. 

Op ons land staan zo’n 45 olijvenbomen, vertelden de vorige eigenaren. We hebben ze niet nageteld, maar het zijn er genoeg! Aangezien het voor ons een drukke tijd was met verhuizen en bewoonbaar maken van ons huis hadden we besloten dit jaar nog niet te oogsten. Toen we echter zagen hoeveel olijven er in hingen en we beseften hoe duur olijfolie is, besloten we, met een beetje aandringen van de liefste moeder, die op bezoek was en haar hele leven al droomt van olijven oogsten (hihi, sorry mam), toch te beginnen. Op dat moment hadden we hulp van mijn ouders en we maakten er, zonder het goede gereedschap ervoor te hebben, een gezellig feestje van. De eerste ton zat al snel vol, maar de dag was ook snel voorbij. Aangezien we ook nog van alles wilden laten zien kwamen we er daarna een paar dagen niet aan toe. Toch, wat je begint moet je af maken. Een ton vol met olijven laat je niet vervolgens verpieteren omdat je geen zin hebt om verder te oogsten. Dus, we gingen als gezin aan de slag. We hadden een groot oogstnet gekocht, een paar speciale harkjes te leen en daar gingen we. We harkten en schudden voorzichtig alle olijven uit de bomen en ondertussen probeerden de kinderen ook te helpen door in de boom te klimmen en van daaruit te oogsten. We voelden ons echte professionals toen we het speciale apparaat, dat in een schuur stond gebruikten om alle blaadjes tussen de olijven weg te krijgen. Keihard aan een slinger draaien en met een groot kabaal kwamen de olijven eruit, zo in de grote plastic zakken waar je de olijven in moet aanleveren bij de pers. De kinderen vonden het fantastisch! Wat zou onze eigen olijfolie lekker smaken.

Na een paar dagen doorwerken hadden we vier grote zakken vol met olijven en gingen we naar de Lagar (de olijfperserij) om ze te laten persen. Waar wij vonden dat we best veel olijven hadden, viel het in het niet bij wat anderen brachten. Pickups vol met zakken olijven werden binnengebracht. Maar ook onze olijven werden gewoon keurig aangenomen en we mochten de volgende dag de olie komen halen. Dat werd een paar dagen later ivm het weekend en stiekem waren we het alweer vergeten de dag erna, maar de flessen olijfolie stonden al keurig voor ons klaar. Een kleine bijdrage voor het persen en we mochten de flessen meenemen. Bijna 12 liter prachtig heldere, heerlijk smakende olijfolie van ‘de Boer’!  

Gezinsuitbreiding!

Gezinsuitbreiding!

Portugal is een relatief veilig land. De criminaliteitscijfers zijn laag en gekke dingen gebeuren er eigenlijk niet. Toch is het best een fijn idee, als je een huis met grote tuin hebt, dat er iemand is die de boel voor je bewaakt. Nu hebben we natuurlijk een fantastische hond, groot en zwart. Best indrukwekkend. We verwachten echter dat hij de eerste de beste inbreker vriendelijk begroet en als hij het zou kunnen zou hij hem koffie aanbieden. Blaffen? We vragen ons af of hij weet hoe dat moet. Niet echt een waakhond dus. Wie moet dan ons terrein bewaken? Kippen zijn niet echt waakdieren. Ganzen wel, maar willen we wel ganzen? Of zullen we dan toch maar een tweede hond erbij nemen? Bij hondenliefhebbers zoals wij was die keuze snel gemaakt. Met extra ruimte in de vorm van een grote tuin was extra ruimte in ons hart snel gemaakt. We wisten alleen niet dat die tweede hond sneller op ons pad zou komen dan we dachten! 

Er is een groot hondenprobleem in Portugal. Er zijn er veel, veel lopen (vooral ‘‘s nachts) los, er zijn best wat zwerfhonden en geld om honden te steriliseren is er vaak niet. Er worden dus veel pups geboren en het gebeurt dus regelmatig dat mensen geen andere oplossing weten dan de pups ergens te dumpen. Ergens in de zomer kregen we een berichtje van een bevriend gezin dat zij een nestje gedumpte pups gered hadden en dat ze een plekje zochten voor ze. Op slag waren we verliefd op de kleine bruine dotjes, maar we wisten natuurlijk dat we nog geen huis hadden. Net dat weekend erna hadden we een afspraak staan om bij hen op bezoek te gaan. Nu kun je natuurlijk wel een beetje in vullen hoe het afgelopen is; wij verliefd op één van de pups, die we direct meenemen omdat het huis toch in zicht is of die bij het huidige adres mag blijven tot we een huis hebben en eind goed al goed.. Maar toch liep het allemaal een beetje anders. 

Aan het einde van de zomer zou dit bevriende gezin familie en vrienden bezoeken in Nederland en zij zochten oppas voor de drie honden (waarvan twee pups), kippen en het land. Aangezien wij toch nog in een tent woonden vroegen ze ons of wij wilden komen oppassen. Natuurlijk wilden wij dit wel. Dit was tevens een mooie kans om de pup, waar ons hart voor gevallen was, aan ons te laten wennen zodat hij na die tijd met ons mee kon. Betreffende pup is namelijk erg bang en getraumatiseerd door de eerste weken van zijn leventje. Dus, zo gezegd zo gedaan. In september verhuisden we ons hele hebben en houden naar een ander plekje om daar de rest van de tijd die we nog hadden voor we in ons huis konden gaan wonen te slijten en vrij snel daarna vertrok het bevriende gezin naar Nederland. Maar toen ging alles niet zo gemakkelijk als we hadden gehoopt. 

Betreffend pupje, aandoenlijk om te zien en met een te lief karakter voor woorden was bang voor ons en bleef bang. Iedere keer als we hem stapjes zagen maken, deed hij daarna weer een aantal stappen achteruit. De drie weken dat we op het land pasten heeft hij drie keer bij ons in de tent geslapen. De andere nachten sliep hij buiten omdat hij niet durfde. In mijn buurt durfde hij wel te komen en hij volgde mij waar ik was, maar zelfs aaien was teveel gevraagd. We hielden ons voor dat dit wel zou veranderen als hij met ons mee zou gaan naar ons huis. Dan moést hij wel, toch?

Op de dag dat we voor het eerst in ons huis zouden gaan slapen en we de honden op gingen halen veranderde echter alles. Hoe gingen we een pup mee krijgen die bang voor ons was? En wat als hij er op een onbewaakt moment tussenuit zou glippen en via de voordeur op zoek zou gaan naar zijn vertrouwde gezinnetje, waar hij al die tijd geweest was? We probeerden hem te vangen, maar toen hij zelfs bang begon te worden voor de vrouw die vanaf het begin zijn veiligheid geweest is wisten we het: dit hondje moet hier blijven. Maar hoe dan verder? Want twee pups houden zagen zij niet zitten en wij hadden zin in een tweede hondje erbij. Onze vrienden hadden al vrij snel gezegd dat het hun om het even zou zijn welke pup we mee zouden nemen, omdat de andere pup minder bang was en graag bij ons was. Maar, omdat het met de ene pup niet werkt dan de andere pup maar meenemen? 

Uiteindelijk hebben we toch het besluit gemaakt dat dat wél het beste van twee kwaden was en aangezien de kinderen, Paco en ook wij ook dat een lieverd vonden en toen ging er dus ineens een heel andere hond met ons mee naar huis dan de bedoeling was. Ons gezinnetje is uitgebreid met Izzy, Paco’s allerbeste vriendinnetje! We kunnen nu, weken later, zeggen dat dit de allerbeste keuze was. Douwe, Guus, Gideon (hij slijt inmiddels zijn derde naam en Gideon past het beste bij hem) is bij zijn veilige haven gebleven en komt enorm tot rust en Izzy is een doldwaze, onstuimige, sloopgrage, maar lieve, knuffelige, trouwe jonge hond die steeds een stukje beter luistert en leert hoe het is om in een huis te wonen. Iedereen in het gezin heeft haar in het hart gesloten (of is daar mee bezig) en Paco en Izzy zijn echt het geweldigste, grappigste, leukste koppel dat je je wensen kunt! Daarbij: deze hond kan blaffen als de beste en bewaakt het fort met haar leven!